De kermis, een verhaal over smossers, smoutebollen en Storms

Kesselkermis jaren ’60 – sepia Marc Verreydt

Het gerinkel van de muntjes in het lunapark, de knallende botsauto’s, de flosj pakken op het moleke, stiekem een kus stelen van je eerste liefje als de doeken van de rappe rups dicht gingen of smoutebollen gaan eten bij de moemoe…

Jaarlijks gaan er nog steeds miljoenen mensen naar de kermis. Aan dat kermisbezoek zijn vaak ook veel familietradities gekoppeld. Veel families maken van de kermisdagen gebruik om hun familieleden uit te nodigen om mee aan tafel te schuiven voor en na hun kermisbezoek. Alvorens men naar de kermis vertrok, werd er een kom kermissoep uitgegoten, gevolgd door rijstpap met bruine suiker. Nadat de buikjes rond gegeten waren, vertrok de hele familie naar de kermis. Als alle spaarcentjes van de kindjes opgevist of opgeschoten waren, werd er terug huiswaarts gekeerd. Eenmaal thuis stond er uiteraard een bordje frikadellen met kriekenspijs klaar om de leuke dag mee af te sluiten. De kermis vieren was voor mij ook één van de hoogtepunten uit mijn jeugd. Iedereen heeft wel een fijne herinnering of een traditie overgehouden aan de kermis. Kermis vieren is een fenomeen dat teruggaat tot in de Middeleeuwen en dat ondertussen diepgewortelde tradities met zich meebrengt.

De rijke geschiedenis en het sociaal, economisch en cultureel belang van de kermis werden eind 2024 dan ook eindelijk erkend. De kermiscultuur in België en Frankrijk werd door Unesco op 4 december 2024 officieel ingeschreven op de Representatieve Lijst van het Immaterieel Cultureel Erfgoed van de Mensheid. De erkenning is van groot belang in het doorgeven van de kermiscultuur aan de toekomstige generaties.

Kermis aan de Molenhoek in Kessel – olieverf Ghislain Verreydt.
Kesselkermis jaren ’20-’30 – olieverf Ghislain Verreydt

De eeuwenoude geschiedenis van de kermiscultuur en -tradities wordt weerspiegeld in de etymologie van de woorden foor en kermis. Het woord kermis is een verbastering van kerkmis, kerkmisse of kercmesse. De kerkmis was een plechtige mis of wijdingsdag die werd ingelast ter ere van de patroonheilige van de kerk of ter herinnering van de kerkwijding. Meestal viel deze wijdingsdag samen met de jaarlijkse naamdag van de patroonheilige. Ook vandaag de dag worden nog veel kermissen jaarlijks gevierd op de naamdag van de patroonheilige van de parochie. In de loop der tijd ging het religieuze aspect van de viering vaak verloren, maar stevig feest vieren rond de kerk op de kermis is gelukkig wel blijven gebeuren. Niet alle kermissen vinden hun oorsprong in de religieuze aard zo blijkt bijvoorbeeld uit de voorganger van het woord foor. Foor komt van het Latijnse woord forum, wat markt betekent. Het woord werd gebruikt voor kermissen die hun oorsprong kenden in handelsforen en middeleeuwse jaarmarkten. Vandaag worden de twee termen vaak naast elkaar gebruikt.

Vele kenmerken die we vandaag de dag koppelen aan het fenomeen van de moderne kermis, vinden hun oorsprong in de 19de eeuw. Denk aan kansspelen (eendjes vissen, ballen gooien, luna parken,…), attracties (de lambada, de draaimolens, het spiegelpaleis, …) en eetkraampjes (karakollen, galetten maar natuurlijk ook smoutebollen). Sommige van die attracties vonden zelfs hun weg naar een zelfstandig bestaan. Denk maar aan een bioscoop en aan de dierentuin die van oorsprong een rondreizend karakter hadden.

Ook bij het rondreizend karakter van de kermis blijf ik graag stilstaan. Want samen met het ontstaan van de kermis, ontstond ook de stiel van kermisexploitant. De kermisexploitanten, de foorkramers, foorreizigers, les forraines, … zij zijn de draaiende molen van onze kermissen. Met hun ambacht en stiel reizen zij van dorp naar dorp om daar telkens weer opnieuw feest en vertier te brengen. België telt ongeveer 7000 kermisarbeiders. Vele van die arbeiders komen voort uit familiebedrijven die al generaties lang op de kermis staan. In België alleen al zijn er zo’n 850 familie-bedrijven in kermisverband.

Eén van die 850 familiebedrijven is snoep- en gebakkraam Storms-Thijs, een gevestigde waarde in de kermiscultuur van Kessel en omstreken. Zaakvoerders Tom Thijs en Kim Geeraerts (die ik toevallig nonkel en tante mag noemen), zijn beiden afkomstig uit groot Nijlen. Tom is opgegroeid in Kessel, terwijl Kim de omgeving van het Molenbos in Nijlen haar bakermat noemt. Tom is al de vijfde generatie binnen zijn familie die de zaak voortzet. Eén van mijn favoriete gespreksonderwerpen tijdens een werkdag met mijn nonkel in het kraam, is de geschiedenis van hun gebakkraam. ‘De foor, dat zit in je bloed’, zegt hij steeds met overtuiging.

Al sinds 1884 trekt de familie Storms met hun ambachtelijke producten naar de kermis. De betbetovergrootvader van Tom, Franciscus Storms (°1852 + 1913), trok toen met paard en stootkar naar de jaarmarkten van Pulle en Pulderbos om daar ter plaatse volgens zijn eigen recept warme rek te bereiden en te verkopen. Het begin van een generatielange familietraditie, zo bleek.

(Links) Familiefoto: Felix Augustinus (August) Storms met zijn vrouw Philomena Andries en hun kinderen, Bertha (de oudste), Gustaf, Alfons, Constant en Marie. Germaine was op dat moment nog niet geboren. (Rechts) Gustaaf Storms, de broer van Marie, maakt warme rek.

Warme rek kent nog vele andere namen. Smossers, babbeleirs, babbelutten en karotten zijn enkele namen die ik al tijdens bestellingen heb horen vallen. Warme rek verwijst naar artisanale kermissnoepjes die het product zijn van een kooksel van verschillende suikers. De snoepjes worden (nog steeds) volledig met de hand gemaakt. Je kan de snoepjes niet met een machine maken, waardoor alles dus nog manueel gedaan wordt. Het maken van de smossers is arbeidsintensief en vraagt ook veel competentie. De naam warme rek verklapt al een beetje hoe men tewerk gaat. Een mengsel van verschillende suikers, zonder toevoeging van kleurstoffen en bewaarmiddelen, wordt aan de kook gebracht (=warme). Als het kooksel de juiste temperatuur bereikt heeft, wordt het op een arduinen plaat uitgegoten om af te koelen. Het afgekoelde, plakkerige, bruine mengsel wordt vervolgens rond de haak geslagen en in een herhalende beweging als een rekker uitgetrokken (=rek) tot het goedje de typische plakkende textuur en gouden kleur heeft gekregen. Om het mengsel in kleine snoepjes te knippen, wordt het bestrooid met bloem en vervolgens met een speciale schaar geknipt. De smaak wordt het best vergeleken met kandijsiroop en dus niet met hun bekende tegenhanger, de boterkaramel.

Kim en Tom blijven nog steeds trouw aan de authentieke recepten van de warme rek én ook aan dat van de smoutebollen van hun voorgangers. De zoon van Franciscus, August Storms, startte samen met zijn dochter Marie in de jaren ‘20 met de verkoop van smoutebollen. Het is ook rond die periode dat de stootkar werd ingeruild voor een echte kermiswagen. Pas vanaf 1948 gebruikten ze een auto om hun kermiswagen te verplaatsen. Marie, haar zus Germaine en haar neef Staf werden al snel bekende namen in Kessel en omstreken.

(Links) Het suikerkraam van de familie Storms in Herentals. (Rechts) Marie Storms met haar gebakkraam in Herentals.

Marie en Germaine hadden hun eigen kraam en kregen vaak hulp van hun broer Gustaf, hij had een eigen kapperszaak in Kessel Station. Hun neef Staf Storms, beter bekend als de Kremer, had ook zijn eigen suiker- en gebakkraam. Hun neef had een plekje aan de kerk in Nijlen. De familie Storms bouwde gedurende de jaren een mooie tournee op. Op bovenstaande foto’s zie je Marie met haar gebakkraam in Herentals waar het kraam vandaag de dag nog steeds staat, op exact dezelfde plek. De zwartwitfoto is van circa de jaren 60, de kleurfoto werd genomen in de jaren ‘70. Dat plekje is al sinds 1905 gereserveerd voor de familie Storms-Thijs.

Marie Storms werd in 1971 opgevolgd door haar zoon Roger Thijs en zijn echtgenote Betsy Bellekens. Zij namen in dat jaar ook de tournee van Staf Storms over. Roger en Betsy gaven op hun beurt dan weer de fakkel officieel door aan Tom en Kim in 2010. “Vooral voor onze smoutebollen zijn we nu zeer gekend. Ook die bereiden we nog altijd op ambachtelijke wijze, met andere woorden we draaien de smoutebollen met een lepel. En net als voor de warme rek gebruiken we voor de smoutebollen een oud familierecept”, vertelt Tom.

(Links) Kim, Tom, Roger en Betsy (foto: Leo Van der Linden). (Rechts) Tom en Kim (foto Joren De Weerdt).

Beide recepten zijn prachtige voorbeelden van goed bewaarde familiegeheimen, doorgegeven van generatie op generatie, al meer dan anderhalve eeuw lang. Het is een mooi verhaal over een stukje kermiscultuur van Kesselse bodem, een verhaal van familie, traditie, erfgoed en cultuur. Een verhaal dat ook een klein beetje zijn weg vond in de literatuur, want niemand minder dan Felix Timmermans schreef over het ‘suikerkraam’ van ‘de Storms’ in zijn werk ‘Het keerseken in den lanteern’ uit 1924;
’s Zaterdags voor Sint-Gommaruskermis guldde de zon als een overlopende champagneschaal boven de rode pannendaken van de kleine stad, die saamgekoppeld lag in de band van hoge wallen, bekathedraald met zes roten olmen. (…) de Storms uit Kessel had zijn blauw smoutebollen- en warmerekkraamken tegen de grille van ’t stadhuis al opgezet, Lowieke den IJzeren zijn peerdekens zonder-poten-molen op de Kluizeplein, en bij de straatjong ging het nieuws dat To Callee weer van die goede zevenslagers had aangekregen, die krakend voortspringen van aan de Gevangenpoort tot aan ‘’t Belofte-Land’.

De familie Thijs bezit vandaag de dag nog steeds twee gebakkramen die je terugvindt op zowat alle kermissen in de driehoek Kontich-Herentals-Heist-op-den-Berg. Je komt ze ook tegen op elke kermis in Nijlen dus kom gerust een keertje langs en geniet van het cultureel erfgoed dat wij ‘de kermis’ noemen.

KERMIS IN ONZE DORPEN – Kom jij ook?

Nijlen-centrum: zondag na 2 mei + derde zondag van september
Kessel-station: zondag na Pasen
Bevel-centrum: tijdens het Pinksterweekend

Auteur info

Cédrique Caethoven (1997) is afkomstig uit Nijlen. Ze groeide op in de Lierseveldstraat. Met haar fiets maakte ze de bossen van het Molenbos onveilig en met haar grootvader Marcel Geeraerts was ze vaak te vinden met een picknickmand op de weide en de speeltuin van ‘t Hofke aan de Tibourschrans. Als kleindochter van Walter Caethoven kreeg ze van jongs af aan een voorliefde voor cultuur, erfgoed en literatuur mee. Een voorliefde die ze later ook meenam in haar studies Taal- en Letterkunde Nederlands en Engels. Verder is ze ook lid van Erfgoedkring Tussen Twee Nethes. Af en toe kruipt ze in haar pen om een artikel uit haar mouw te schudden, in de hoop de interesse voor erfgoed ook bij anderen aan te wakkeren.

Werkten mee aan dit artikel

REDACTIE

Annelies Tack
Rudy Van Nunen

VORMGEVING EN ILLUSTRATIES

Marc Verreydt
Ghislain Verreydt (1913-1988)

Bronvermelding

+

-

  • Jaarmarkt & kermissen. (n.d.). Nijlen. https://www.nijlen.be/vrije_tijd/jaarmarkt_kermissen
  • Kermiscultuur in België en Frankrijk erkend als immaterieel erfgoed. (n.d.). Unesco Vlaanderen. https://www.unesco-vlaanderen.be/unesco-in-de-kijker/nieuws/kermiscultuur-in-belgie-en-frankrijk-erkend-als-immaterieel-erfgoed#:~:text=De%20kermiscultuur%20in%20Belgi%C3%AB%20en,Conventie%202003%20in%20Asunci%C3%B3n%2C%20Paraguay.
  • Kessel, staf Storms. (n.d.). kempenserfgoed.be. https://collecties.kempenserfgoed.be/digitale-collectie-erfgoedcel-kempens-karakter/object/warmerek002?nav_id=0-1&index=2&imgid=780626689&id=780916266
  • Tack, A. (2025) “Ons Buurtverhaal Broechemsesteenweg”. Erfgoedcel Kempens Karakter.
  • Unknown. (n.d.). De Belgische kermiscultuur. https://immaterieelerfgoed.be/files/attachments/.525/Beschrijving_en_geschiedenis.pdf
  • Van Der Linden, L. (2010, October 28). “Foor, dat zit in je bloed.” Het Nieuwsblad. https://www.nieuwsblad.be/cnt/u031h81d
  • Vijfde generatie neemt gebakkraam Storms over. (2010, October 28). GVA. https://www.gva.be/regio/antwerpen/rivierenland/nijlen/vijfde-generatie-neemt-gebakkraam-storms-over/38441834.html
  • Wikipedia-bijdragers. (2025, February 17). Kermis. Wikipedia.
  • https://nl.wikipedia.org/wiki/Kermis#:~:text=Een%20kermis%20(in%20Belgi%C3%AB%20ook,in%20de%20openlucht%20ter%20vermaak.

Heb je zelf interesse om een artikel te schrijven over een stukje erfgoed dat jou nauw aan het hart ligt?
Neem dan zeker contact op.